12
EEN ZOMERDAG
en Portugal uitgebreiddat toen iets ongemeens was.
Men kan eenigermate over de belangrijkheid van dien
handel en de daar heersehende bedrijvigheid oordee-
lcnwanneer men bedenkt, dat in denjarc 1473, en
dus drie jaren later, hertog Karei van Bour-
gondië aan die van Westenschouwen een octrooi
verleende tot vermeerdering hunner weekmarktenals
ook van allen koophandelen hun vergunde een zegel
te doen vervaardigen om daarmede te bevestigen het
geen tot voorschreven handel konde vereischt worden
terwijlin dat zelfde jaarde Engelsche Koning
Eduard IV., die zooveel heeft toegebragt om den
Hollandsclien en Zeeuwschen handel uit te breiden
hun vrije vaart en handel in alle gewesten en havens
van zijn koningrijk toestond.
Mijne lezers verlangen met regt, van de gesteld
heid dezer plaats eene meer omstandige beschrijving;
want wanneer men eene vergelijking maakt tusschen
lietgene toen bestond en hetgeen wij laatstelijk van
deze plaats gekend hebbendan verwekt het onze
belangstelling te weten hoe dit aanzienlijk vlek er
toen wel moet uitgezien hebben.
Ik ben echter tot mijn leedwezen niet in de gele
genheid hiervan veel te zeggen en de billijke weet
gierigheid mijner lezers geheel te bevredigen. Geene
teekeningen of afbeeldingendie deze plaats in haren
alleroudsten en meest bloeijenden staat voorstellen,
zijn ter onzer kennis gekomen en zij schijnen ook niet
te bestaan.
De kronijkschrijver Reigersberg, wiens kronijk