DE CHIRURGIJN.
87
van later dagen eenen wreedaard zietdie zijnen mees
ter, zoo mogelijk, in bloeddorst te boven ging, gelijk
hij hem in bekwaamheden overtrof. Wil men hem in
zijn uiterlijk voorkomen zich voor den geest stellen
men denke zich eene rijzige gestalte, die nog meer
uitkomt door den wapenrok om zijne ledenen daarbij
een schoon en krijgshaftig gelaateen voorhoofd
welks rimpels het kenmerk van schranderheid en wreed
heid beiden zijn, een diepliggend oog, eenen gekrom-
den neus en eenen in tweeën gescheidenpuntig uit
loopenden baardterwijl de monddie kunstig zich
weet te plooijen tot listigen raadslag en hoofsche vleijerij,
onder den digten knevel zich verbergt. De spaansche
kraag, het lint of liever de keten der Vlicsorde, het
prachtig uitgemonsterde zwaard, zetten aan de figuur
meer aanzien bij. Voor wie onder zijn opperkleed een
dun maar ondoordringbaar harnas had kunnen bespeu
ren, en opgemerkt hadhoe hij nu en dan vorschend
en wantrouwig om zich zag, zou het duidelijk geweest
zijn, dat op dit oogenblik iets anders dan de huldi-
gingsplegtigheid hem bezig hield.
Ter regterzijde van den erlprins bevond zich Ema
nuel Philibert van Savoije, wien de krijg tusschen
den keizer en Frankrijk uit zijne erfstaten verdreef.
Krijgsdeugd bezat hij in hooge mate. Later tot land
voogd over de Nederlandsche Gewesten aangesteld,
heeft hij zich door de bevordering der wetenschappen,
door genegenheid jegens zijne onderhoorigen en andere
goede hoedanigheden veler achting verworven. En
werden, nadat hij in zijne staten was teruggekeerd,