MIDDELBURGS GESCHIEDENIS.
139
wittigd en. die hem hier hunne hulde kwamen betui
gen: in één woord, Middelburg was meer dan ooit in
eene stemming om zijnen heer op eene hem waardige
wijze te ontvangen.
De vijf-en-twintigste Mei, het tijdstip waarop de
vorst kon verwacht worden, een dag reeds door dui
zenden vol verlangen te gemoet gezienbrak eindelijk
aaneene liefelijke lentezon verkwikte het aardrijk door
hare stralen en scheen de zwakke pogingen der men
sehen om pracht en luister daar te stellente zullen
ondersteunen en ieders wenschen alzoo te vervullen.
Reeds vroeg in den morgen was men op het stede
huis in feestelijken dos vereenigd; de schutters waren
onder de wapenende geestelijkheid was in de abdij
vergaderdom bij de eerste oproeping zich aan de
landingsplaats te bevindenwie maar schipper was
werd geraadpleegd over weêr en winddoch hoe deze
ook de menigte verzekerden, dat er een lekker koeltje
woei om den lioogen gast weldra binnen haar midden
te voerenongeduld nam hand over hand toe. Gelijk
echter aan alles een einde komtzoo was dit ook
hier het geval, door de komst van onzen Hendrick
Janssen van Arnemuiden, die de heugelijke tijding
bragt, dat de vloot geankerd was in het gezigt der
stad en men na een paar uren vertoevens den togt
weder zoude vervolgen.
Eerst nu begon echter de ware drukte; naar alle
kanten werden stedeboden uitgezonden, om met een