150
EENE BLADZIJDE UIT
aan de tegenwoordige stads schuural die kostbare
panden, waaronder ook zelfs de St. Janskerk, moesten
worden geslecht zoodat alle sporen daarvan ten
eenemale zijn verdwenen.
Met vreugde had de schutterij vernomendat de
vorst ook haar met een bezoek zoude vereerente
meerdaar dit een paar dagen vroeger had plaats ge
had bij de voetboogschutters, alwaar Philips het
hof wel is waar niet bezocht had, maar het gilde
toch een oogenblik zijne tegenwoordigheid had ge
schonken en deelgenomen aan het schieten naar den
papegaai, die daartoe aan een der buiten de stad ge
legen molens was opgerigt. Er waren dus gegronde
redenen, om ook dit feest zoo luisterrijk mogelijk te
makendaar men niet gaarne achterbleef bij het
geen het St. Jorisgilde verrigt had en men den vorst
wilde bewijzendat ook zij eenen vorst vorstelijk
wisten te ontvangen.
Claes de knape werd, in zijnen deftigen bruinen
tabbaard met witte en roode mouwennaar Arnemui-
den gezondenom de gildebroeders aldaar te dagvaar
den donderdag morgen tegen negen ure naar Mid
delburg te komenwanneer men hen op den dijk
zoude te gemoet rijdenterwijl de stadsbode aan allen
in de stad de wete deed.
De groote dag was aangebrokendrie vanen met de
wapenen der confrérie wapperden van de poort van het
edele handbogenhof en verraadden aan de gansche
burgerijdat het daar dien dag feest zoude zijn.
Geen wonder dus dat eene groote menschen-massa,