240 TWEE ZEEUWEN IN OBAN JE. Prins Maurits ontving zijnen trouwen dienaar met open armen en liet het verder beleid der zaak aan zijne erkende schranderheid over. Yosbergenbegreep, datCroeser, in Oranje door niemand ondersteundzoodra slechts een ander ge schikt persoonmits even als hij de roomseh-katholijke godsdienst belijdende, in zijne plaats werd aangesteld, van zelf gedwongen zou worden, zijn gouvernement te verlaten. Daar hij er echter geen geheim van ge maakt had, dat het zijne bedoeling was, met het afstaan zijner betrekking een stuivertje te verdienen, of, zoo als de la Pise zegt: „pour en retirerquelquelippee" moest ookwilde men des te gereeder slagenzijne geldzucht worden voldaan. De vrees dat welligt an ders 's pausen vioe-legaat met meerder vrucht die zwak ke zijde zoude aantasten, deed Maurits des te eerder Vosbergen's raad opvolgen, om hem, bij wijze van schadeloosstelling, zestien duizend gulden te doen uit betalen en, tot belooning zijner diensten, de heerlijk heid Zeilhemin Brabant gelegen en op eene waarde van dertig duizend gulden geschat, als een geschenk daarbij te voegen. Opdat al deze beschikkingen, zonder vrees voor eene eventuele mislukkingzouden worden ten uitvoer gelegd, was het 's prinsen wil, dat zijn jongere broe der Prederik Hendrik zelf naar Oranje toog, om van zijnentwege dom Emanuel van Portugal, hun neef 38), in Croesers plaats, als zijnen stede houder te doen huldigen. Terwijl de jeugdige vorsten eenigen tijd aan het hof van Frankrijk vertoefden,

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland jaarboekje | 1853 | | pagina 306