TWEE ZEEUWEN IN ORANJE. door, waar de kern zijner troepen reeds gelukkig is binnengekomen en op verschillende plaatsen verde- digenderwijze handgemeen is met de soldatendie naars en aanhangers van Valkenburg. Mimet en Itier vegen met moeite de straten schoon, den bur gers toeroependeleve de prins dood aan den verra der! en omsingelen met hunne manschappen het huis van den griffier de la Pise, waar Valkenburg de wijk had genomen en zich tot eenen hardnekkigen weerstand gereed maaktein de hoop van weldra door die van het kasteel te zullen ontzet worden. Doch deze hoop wordt verijdeld door de gepaste voorzor gen van de Knuyt, die de kompagnie van kapitein Gouay doet post vatten in de naauwe steeg, waarin de bergweg uitlooptmet den uitdrukkelijken last van niemand door te laten en allendie van het kas teel mogten komenden pas af te snijden. De sol daten dringen het huis binnen en bereiken de boven zaal, waar Valkenburg met zijnen stalmeester en zijnen kamerdienaar zich zoo goed mogelijk heeft ver schanst en bereid is, iederen voet gronds ten koste van zijn bloed aan zijne aanvallers te betwisten. Itier schreeuwt hem toe, zich over te geven, dat hem geen kwaad zal geschieden, dat alle weêrstand nutteloos is. Maar hij blijft doof voor zijne verma ningen en rekent op de steeds naderende hulp der zijnen. Want het geschut van den burg dondert reeds over de stad, de alarmklok wordt geluid, de burgers zijn in het geweer. Doch liefde voor den prinshaat tegen den trotschen gouverneur heeft dc

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland jaarboekje | 1853 | | pagina 324