308 BELEG VAN SLUIS. bij de Heraugière. Of hij er evenwel tijdens het beleg nog waskan betwijfeld worden. Met betrekking tot de feiten deelt van Dale, uit de rekeningen, een paar kleinigheden mede, welke wij niet verzwijgen mogenomdat zij de belegering on- middelijk voorafgingenen doen zien dat er alle reden bestondom een aanval op Sluis te verwachten. Gelijk reeds is opgemerktde gouverneur was in Maart 1587 te Londenom den soberen staat der ste de" aan den landvoogd te doen kennen. Ook toen reeds zwierven Parma's benden in den omtrek ronden ook toen reeds werden zij door die van Sluis als zij er zich nestelden behoorlijk ontvangen. Yolgens ordon nantie van 23 Maart 1587 werden betaald negen ton nen biers aan de soldatent. w. aan elke van de negen vendelen van den garnizoene dezer Stedeééne tonne idem eene tonne aan de officieren, en eene aan de sehuitlieden,'sanderendaags nadat de kapitein de Rid der met de assistentie van d'andere compagnien ver slagen had eenige kapiteinen met een groot nomber van soldatendie hem omsingeld hadden in de kerk van Lapscure." „In Mei 1587 ontdekte Pieter Seheerlinck, dat er zeker verraad op de stad Sluis geconcipieerd werd"waarvoor hij eene belooning ontving van 33 schell. 4 groot. Een gevolg dezer ontdekking wasdat Daniel Carpentier, adelborst onder kapitein de Ridder, die met den vijand was overeengekomen om de stad Sluis in diens magt te leveren, in 't laatst

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland jaarboekje | 1853 | | pagina 382