EEN KONINKLIJK BEZOEK en vooral hem die zijn leven niet ontzien had, toen het de redding van jens p aülsen want deze was de gewonde gold. Vroeg in den morgen wenschte hij eene bezending uit de wakkere burgerij, benevens den edelen redder van paülsen in een der slotver- trekken te ontvangen, nadat alvorens zijn gastheer hem zou hebben ingelicht ten aanzien van hetgeen hij zou kunnen doen om zich voor de betoonde welwillendheid erkentelijk te betoonen. Ohristiaan vertrok, en langzamerhand werd het om en in het slot stil. In een der vertrekken van het kasteel lag op eene kribbe de gewonde paülsen. Jason a pratis had, bijgestaaan door „loy den barbier" de wond onder zocht en verbonden. Zij was niet gevaarlijk bevon den, doeh ernstig genoeg om den lijder voor eenige dagen aan zijne legerstede te boeijen, althans hem ongeschikt te maken om zijnen vorst bij de afreize, die op handen was, te volgen. Bij de sponde des gekwetsten waakte met antonia

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland jaarboekje | 1856 | | pagina 146