122 HET HEIMELIJK SCHOOLVERZUIM.
wanhoop, die zijn' ziel verscheurt, of't is een vloed
van bittere tranen, die hem ten laatste langs de
wangen stroomt! Niet waar, mijn lezer, gij verplaatst
u met deernis in den rampzaligen toestand van deri
teleurgestelden knaap; en gij denkt er misschien
nog aan, hoe gij, bij 't aanschouwen zijner ledige
zitplaats, in uwe verbeelding met den ongelukkige
omzwierft op de paden, die wel regt schijnen, maar
wier uitwegen wegen des doods zijn, en hoe toen
het besluit oprees in het binnenste uwer ziel, om
nimmer, nimmer deel te hebben aan zijn' dwaasheid
en zonde.
Zie daar het opzettelijk schoolverzuim, dat men
in Zeeuwsch-Vlaanderen en Walcheren, en zeker
ook wel elders, noemt achter de hagen loopen."
„Achter de hagen loopen," gij hebt het u in uwe
verbeelding voorgesteld wat het is, maar ongetwij
feld vraagt nu ook uw verstand naar voldoening.
Gij wenscht opheldering van eene spreekwijze, die u,
met betrekking tot wat zij moet aanduiden, vreemd