Het Molenwater te Middelburg, door Gargon in zijn „Walcherse Arcadia" de Zeeuwse Hofvijver genoemd, i.v.m. de gelijkenis met de Haagse Hofvijver. richting werd een gedeelte van de oude, niet meer als zodanig gebruikte haven ge bruikt als spuibassin om er bij eb de wat meer in oostelijke richting verlegde nieuwe haven door te spoelen en aldus op diepte te houden. Op de 14 meter brede dam tussen spuibassin en nieuwe haven bouwde men de eerste Vlissingse getijmolen. In 1294 werd deze molen voor het eerst genoemd, wanneer Graaf Willem III hem koopt als „annex met het ambacht" en de hofsteden van Wisse van Koudekerke. Acht jaar later, in 1302, werd de molen verpacht aan Codde Barents. Deze getijmolen is ook beschreven in Gargon's „Walcherse Arcadia" uit 1717: „Daar voor ons is de Koornmolen, die van 't Zeewater bewogen van ebb en vloed gaat, en de zware balken doorlaat in 't Molen water om op den Molen gezaagd te worden" Merkwaardig lijkt, dat de schrijver de getij molen eerst „Koornmolen" noemt, om even verder te vermelden, dat met behulp van de molen van dik hout planken worden gezaagd. De houtzaagmolen (een windmo len) welke aan het Molenwater was gesi tueerd, was niet dezelfde als de water molen, welke zoals genoemd een korenmolen was. In 1444 werd er een tweede getijmolen in Vlissingen gebouwd, ditmaal in het oosten van de stad bij de Altenapoort, een onder deel van de toenmalige ommuring van de stad. Blijkens een verkoopacte werd deze molen vóór 1566 verplaatst naar het wes telijk deel van de poort van Altena. Nog weer later, in 1583, volgde een verplaatsing naar de Stenenbeer. Enkele tientallen jaren deed de noodzaak zich voor om alweer een nieuwe haven te graven: een goed bereik bare haven was immers voor een handels stad een levensvoorwaarde. Tengevolge hiervan werd de getijmolen verplaatst naar een plek waar tegenwoordig de Aagje De kenstraat ligt. Uiteindelijk werd aan het eind van de zeventiende eeuw, in 1690, de molen overgebracht naar de Rammekens- poort, aan de oostzijde van de stad, nabij de in 1614 (Tachtigjarige Oorlog) aange legde nieuwe vestingwallen. Naar alle waarschijnlijkheid kunnen we met recht spreken van het „overbrengen van de getijmolen" van de ene plaats naar de andere; de jaartallen van de afbraak van de ene en die van de bouw van de volgende zijn namelijk telkens dezelfde. Vermoedelijk werd steeds hetzelfde molenmechaniek ge bruikt. Helaas werd de getijmolen in 1816 voor goed afgebroken. Slechts oude oor konden, kaarten en beschrijvingen herinne ren ons nog aan het bestaan van de Vlis singse watermolen, evenals de naam: Spui straat. Geheel anders is het in Middelburg. Daar zijn nog wel degelijk sporen te vinden van één van de twee getijmolens die er ooit hebben gestaan en van het reservoir dat deze getijmolen van energie voorzag: het Molenwater. Inmiddels gedempt in 1818 het noordelijk gedeelte, in 1864/65 de rest maar als naam van een laan met daaraan grenzend park nog altijd herinnerend aan het bestaan van de getijmolen. Het is niet eens zo heel lang geleden, dat één van de getijmolens, gelegen aan het Spui, tussen Spuistraat en Molstraat, nog werkte. In 1863 maakte de schilder J. F. Schütz er nog een aquarel van, waarvan een dertigtal jaren later een copie werd gemaakt die nog altijd in het Rijksarchief in Middelburg wordt bewaard. De getijmolen was gelegen aan het Spui, welk water de verbinding vormde tussen de kaaien en ha vens van Middelburg (via het water van de Dam) en het Molenwater. Ter hoogte van het huis aan de Spuistraat nr. 2 bevond zich een verticale sluisdeur: de naam van het huis herinnert daar nog aan: „Het Ver- laetboor". „Verlaet" is een Middel-Neder lands woord voor „sluis", „boor" komt van „opbeuren, opheffen". Enige jaren geleden zijn bij restauratie werkzaamheden aan „Het Verlaetboor" in de tuin van dit huis restanten gevonden van de getijmolen. Zeer onlangs is de brug over het Spui ter hoogte van de Spanjaard straat gerestaureerd. Het in de natuurstenen omlijsting van de brugboog gehakte jaartal 1758. Het grote huis in de Spanjaardstraat in de nabijheid van de brug heet nog steeds ,,'t Huis op de Spuibrug". De getijmolen in het Spui wordt al ge noemd in rekeningen van 1365. De molen De getijmolen aan de Stadsschuur te Middelburg. 14

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland Magazine / Veerse Meer Gids | 1980 | | pagina 14