74
Neen, zoonroept hij uit, vol beschamende smal t
Neen dierbare jongenzoo waard aan mijn hart
Nooit zult gij er een voor mij maken
»De hemel vergeve mijn zwakheid dit uur,
Uwe onschuld verkondigt mij 'tregt der natuur,
»En leert mij mijn arbeid te staken.»
Zonen die als gunst des Hemels
Nog een' vader hebt op aard
Dochters die als Godsgesclienkc
Nog uw moeder ziet gespaard
Schat ze hoog die dierbre panden
Heilig zij u beider naam
Wee der dochter vloek den zone
Die zich ooit zijne ouders schaam
t Zjj 't fortuin u mild bedeelde
Of verplaatste in liooger stand
Reikend tot in 't ander leven
Sloot natuur dien heilgen band.
AVie dien ook poogt los te rukken
Of te treden met den voet
Draagtwat waan zijn ziel begoogchel'
Nooit den hemel in 't gemoed.
Ouders hoog en innig te achten
Iste streven naar een schat