83
Die t zuchtend Vaderhand omgaf;
Zij dreefin 't barnen der gevaren
Do bloem van Frankrijks legerscharen
Grootmoedig van haar muren af.
Gelijk (toen eens de ontboeide orkanen
O Holland brulden op uw strand
De laatste straal van hoop te tanen
En nergens redding schoen voor 't land)
God wenkte en een der zwakste weren
Alléén den Oceaan deed keeren
Bij 't dankbaar juichenGod is groot!
Zóó wenkte op nieuw Zijn Alvermogen
En 't heirverdelgende uitgetogen
Vond vóór een zwakke vest den dood,
Die vest o onverwelkb're glorie
Mijn Aardenburgdie vest waart gij
Voor eeuwig prijke in 'slands historie:
Zij streed en 't Vaderland was vrij
Vergeefs o Frankrijks duizendtallen
Vergeefs tot driewerf aangevallen
Bij den vleed van 1570. Hoort.