35 onverdedigd le vinden het kasteel overmeesteren en Haemstede op brandschatting stellen. Binnen twee uren was dan ook alles zoo veel doenlijk geregeld, en verzamelden zich de vrouwen en kinderen in het ruime vertrek bij den ongemeen grooten schoorsteen afwach tende wat de dag verder baren zou. Ridder Ar ent was eeu man van diep in de veertig jarenfior op den edelen stam waaruit hij gesproten was. Zoon van heer Floris en van de vrouwe van Cruningen, had hij eenen ouderen broeder Cos- t ij n die thans de legermagt der Iloekschen op het eiland Schouwen aanvoerde. Hij zelf was, ter bescher ming van den voorvaderlijken burgt en Baanderheer- lijkheid, met een genoegzaam getal knechten te huis gebleven, en vrouwe Jacob a had hem in de be schrevene heervaart niet begrepen omdat ontzag voor den achtbaren stam van Zcelands aanzienlijksten adel een veelvermogend hulpmiddel was om het westen des eilauds in toom te lioudonle meer, daar ook Jan van Re nesse van Moer mond zich in hot leger bevond. Zijn oudste zoon Floris voerde het bevel over eene kleine bende, die in Welland gelegerd en gereed stondom op de eerste opeisching aan den krijg deel te nemen terwijl zijne nog jeugdige dochter Meijne en de kleine Ar ent, zijn naamgenoot, de vreugde van hem en zijne huisvrouw, vrouwe Mar- garetha op het adelijke slot uitmaakten. Ook 's rid-

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuwsche Volks-Almanak / Nehalennia | 1838 | | pagina 111