103 ook niet meer gesloten. Op verzoek der Schippers werd dezelve echter tot een ander doel behouden en voorzien van een torentje waarin een slaguurwerk werd ge plaatst. Het scheepje op deze torenspils gehechtschijnt dus, oppervlakkig, door deze omstandigheid niets meer te beteekenen en is alzoo een zeer natuurlijk sijmboltim. De klok en toren werden voor de Schippers opgerigten moesten dus cene sprekende of eigenaardige vlag voeren. Eene meer belangrijke bijzonderheid nogthans heeft, bij naauwkeurig onderzoek hiertoe aanleiding gegeven en verdient meerder aandachtdan de afbeelding van het zaagschip te Haarlem waarmede men beweertdat Dumiate door de Haarlemmers ingenomen isomdat dit te regt betwijfeld wordt. Er bestaatomtrent den oor sprong van dit scheepje te Goes eene soort van legende welke geschiedkundige gronden heeft. Zekere Welxe een scheepstimmermansbaas in den ouderdom van ruim 80 jaren voor eenigen tijd aldaar in het gasthuis over leden pleeg menigmaal te verhalen dat hij in zijne jeugd met eenen man gewerkt hadtwiens grootvader matroos was geweest aan boord van het schip Ter Goes hetwelk, omtrent het jaar 1600, ter koopvaardij en te Kape gevaren had en dat het scheepje hetwelk nog heden op het kaaitorenlje stond,naar het model en ter gedachtenis van het schip Ter Goesvervaardigd was door eenen Delflschen smithetwelk hierdoor versterkt wordt dat het klokkenspel, geplaatst in den toren dor Hervormde

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuwsche Volks-Almanak / Nehalennia | 1838 | | pagina 181