115
Daar stort zich Letsse lier en koen
Tan 's Hopmans dek in 't bruisend water
En zwemt naar 't Spaansche hoofdgaljoen
Beklimt dit, onder 't woest geschater
Tan 't Gcuzentaldat op hem staart
En jubelt om zijn heldenaard.
Hij dringt zich door de strijders heen,
Al treft hier 't scherpe staal zijn leden
Al hoort hij daar het bang geween
Der stervenden in 't stof vertreden
Al valtdoor 's vijands moordgeweer
Zijn trouwste makker zielloos néér.
Hij dringt zich door en naakt den mast
En kloutert vogelvlug naar boven
En klemt zijn vuist aan 't touwwerk vast,
Enmet een ruk omhoog geschoven
Blikt hij met hooger zielsgevoel,
Ter néér op 't dwarlend krijgsgejoel.
V
Pal staat hij in de kogelvlaag
Braveert de donders die er knallen
En eensklaps zijgt zij naar omlaag
De vaan door Letsse's vuist gevallen
Die dwars door sulforgloed en staal
Omlaag schiet met zijn' zegepraal.