die Tan den toren naar de woonvertrekken des Gouver
neurs geleidden, en las daar, op de nog sneeuwwitte
wanden eene menigte tan namen en bijschriften mot
potlood of roodkrijt geschreven, door reizigers uit alle
streken van ons werelddeeldie deze bouwvallen bezocht
haddenen die zulks aan latere bezoekers hadden wil
len kenbaar maken. Eindelijk wandelde men van het
eene bolwerk naar het andere het gebouw rond en
waagde zich zelfs in de donkere gangen en ruimten der
rondeelen. Dan hoorde meneven als van het slot le
Baarland, een der Sluizenaars verhalen dat dit gebouw
met lederen geld gebouwd was geworden; maar er bij
voegen dat het met papierengeld (assignaten) iu dezen
toestand gebragt was.
Welke denkbeelden kwamen den geschiedkundigen
voor den geest, als hij op dezen bouwval staarde en
zich al de voorname mannen to binnen bragtdie in
deze muren in verschillende omstandigheden en niet
minder verschillende kleederdragten verkeerd hadden
De eerste bijzonderheid van dit gebouw zal voorzeker
den Zeeuwen niet geheel onverschillig zijn. Namelijk,
dat het juist aanof op de oude en wezenlijke grens
van Zeeland gebouwd was Het is uit oordeelkundige
nasporingen der oude staatsstukken genoegzaam zeker,
dat de zuidelijke grens dezer provincie, in het midden