De stad Sluis werd voortijds voor eene der gowigtigste grensvestingen der Republiek en voor den voornaamslen sleutel van Zeeland gehouden. (i) En Tan hoeveel ge- wigt het kasteelten aanzien der stad geacht werd te zijn, blijkt daaruit, dat hetzelve op de zilveren nood munten onder Philips van Kleef geslagen als het waro als stadswapen voorkomt, (ft) Het kasteeldat een gewigtig gedeelte der vesting werken was heeft in de vier eeuwendat hetzelve stond veel verandering ondergaan. Volgens overlevering was het kasteel oorspronkelijk een langwerpig vierkant gebouw, met zestien torens (t) W. A. Bachiene Geograpliische Historische beschrijving van Staats Vlaanderen; en Huskies Zeeuwsche Buijze. (/r) Op de zilveren noodmunten (stuivers en dubbeltjes zegt Ccstis), ziet men op de eene aan de voorzijde alleen het kas teel op de andere het kasteel met eenen springenden leeuw. Het randschrift was: ab ikimicis meis libera me D. 1492. Op de keerzijde van beiden stond het wapen van Oostenrijkop de vier hoeken de letters S. L. V. S. Het omschrift wasPas. Dei Gea. Abciiid. Adst. et Co. Fla. Zij werden geslagen in september. Ook vervaardigde men er toen gouden Philippus guldens. Deze hadden aan de voorzijde een Priesterbeeld met een j- en ten randschrift Srcs Mea Altissimes. De keerzijde was gelijk die der zilveren munten doch het randschrift der- zelve Phr. D. Gr. Ar. Aus. e Co. Fla.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuwsche Volks-Almanak / Nehalennia | 1842 | | pagina 136