78 Zeeland die reeds met zulk provincialisme bezield zijn dat zij hun papierengcld voor hofsteden en landerijen verwisselen, en daardoor hier vreemde grondbezitters keeren zoo verre de liefde voor het welvaren hunner provincie trokken.dat zij ook kapitalen in de industrie des landbouws staken. Door de landbouwers in staat te stellen goed te boeren zouden zij ook hun belang bevorderen en op zekerder interest kunnen rekenen. Nu is men misschien genoodzaakt bij het oude te blijven en daardoor lijdt de hoofdtak van het welvaren onzer provincie. Men begint thans in do provincie te begrij pen dat het blijven bij het oude niet goed is. Daaiom gaan er stemmen op, dia op iets anders wijzen. Mogten hierom de voorstellen der commissie van landbouw lot bevordering van den Zeeuwscheu landbouw (Middel burg 1839) ineer ingang vinden en mogt daaraan door velen in hun voordeel beantwoord worden! Maar wij spraken ook van dienzelfden geest om bij het oude te blijven tenopzigte van de godsdienst. Yooral' merken wij op dat er over het algemeen bij de Zeeuwen Wat er meer is te doen is met kennis van zaken aan- getoond door den heer J. C. J. vak dks Bosch in zijne Konl. Wurtemb.School van Landhuishoudkunde met betrekking tot den landbouw in ons Vaderland, itïen zie ten opzigte van het door ons hier vermeldde bladz. 51Dit stuk, waarin de Zeeuwsche landbouw bijzonder bedoeld is, te behartigen, zou zeer goed provinciaal zijn, en ten nutte van het Vaderland.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuwsche Volks-Almanak / Nehalennia | 1842 | | pagina 196