135 nieuwe stijl] had het hard ijs gemaaktdat er een kraai op staan konde; en daar wies loovernoch gras, noch korende pruimenboomen bloeiden niet, noch de kersen noch appelen, noch peerennoch geen wijngaard was ontlaten. En daar waren menschen die geen vertrouwen op God hadden en keerden hun land anderwerf om en die hadden geen vruchten. En andere lieden zeiden met Job: God gaf, God nam, en daar zij anders een hoed tarwe van plegen te hebbendaar hadden zij dien zomer vier hoed van En op st. Jan Baptistdag 24 junij zaten de oude vrouwen met groote koolpotten voor de kerken, en de menschen konden zich niet ver warmendie bij de straat gingen fin het begon warm te worden, daags na st Pieter en Paulus, den 30 junij. Des daags scheen de Zon helderen des nachts regende het zoetelijk, zoodat alle de vruchten op het veld wiesen. En men koft na dien tijd een achtste tarwe om8groot, een achtste rogge om 6 grooteen achtste gerst om 4 groot en een achtste haver om 10 duiten. Item een achtste guldelink-appelen om 3 grooteneen achtste schijvers om een braspenning, een achtste gijsjans oin 6 duiten, en alle ooft naar rato. Item een achtste peeren om 2 stuiversenz. Item een koei hooi (eene schrijffout voor voerOf wil het zeggen, zoo veel hooi, als voor eene koe noodig was? om 18stuivers van het allerbeste. Item een varken, dat het allerboste was, 't geen op de markt kwam, om 3 pond Hollands (45 stuivers). Item een rund,

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuwsche Volks-Almanak / Nehalennia | 1842 | | pagina 253