zijn het alleen, die het gewigl aanbrengen), zijn bij hetzelve veertien maal minder dan bij water. Na dezen uitstap keeren wij tot Satumus terug De grootte zijner manen is tot heden toe niet met zeker heid bekend. Maar het merkwaardigste aan deze planeet is een ringdie haar omgeeften vrij in de ruimte hangt. Deze opmerkelijke ring of liever dit stelsel van ringen .wantdaar zijn er ten minste twee die doorcene tusschenruiinte van ongeveer 567 mijlen van eengeschei den ziju is 5720 mijlen van de oppervlakte van Satur- nits verwijderd, beide ringen zijn te zanten (bovenge noemde 567 mijlen tusschen de ringen mede gerekend) 5880 mijlen breed zoodat de buitenzijde der ringen 11600 mijlen van Satumus afstaat. De dikte dezer rin- geu is evenwel niet groot, en bedraagt slechts 113 of volgeus anderen niet meerdan 20 mijlen. Daar onze stand ten opzigte van Satumus nooit zoodanig kan worden dat wij die planeet midden in den ring zien hangen en den laatste de schijf geheel omgeven zoo zien wij hem niet andersdan of als een platte streep die over de planeet heenloopt en zoo aan weerskanten uitsteektof op het gunstigste in cenen schuinen stand, wanneer wij ter wederzijde den ring als hengsels ge opend zien. Tusschen deze opening door heeft men nu en dan de vaste sterren gezienen wc'et daaruitdat er een opene ruimte tusschen het ligcliaam van Satumus en den ring bestaat. Uit welke stof deze ringen bestaan

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuwsche Volks-Almanak / Nehalennia | 1842 | | pagina 61