I, VI.
4millioen maal millioeneu mijlen bedragen kan. Onder
steld voor een oogenblik dat de helft Tan dien afstand
tot het gebied onzer Zon de andere helft tot dat der
ster bohoore; ondersteld tevens dat de onderlinge af
standen der planeten in dezelfde evenredigheid toe
namen als dit bij de ons bekenden het geval is
dan zouden buiten de baan van Uranus nog minstens
de banen van twaalf andere planeten kunnen liggen
van welke wij het minste niet weten noch bij de be
perktheid der grenzen, die aan de menschelijke kennis
gesteld zijn, veelligt weten kunnen. Misschien gelukt
het aan de late nakomelingschap, uit de verstoringen,
die de kometen ondergaan welke zich zoo ver van de
Zon verwijderen de ver afgelegene ligchamen te be
merken welke die aantrekking uitoefenen en alzoo
uit derzelver uitwerking het besluit tot hun bestaan te
trokken Indien de twaalfde dezer planeten werkelijk
bestonde zou dezelve uit de bekende verhouding lus-
schen de omloopstijden en Zonsafstanden der overigen
tot het afleggen van haren, bijna 10 billioenen mijlen
langen weg ongeveer 21 millioenen jaren behoeven.
Doch het bestaan van zoodanig ecne planeet laat zich
Volgens de derde wet van Keiler dat de vierkanten
der omloopstijden van de planeten zich onderling verhouden
als de derde magten van hunne middelbare Zonsafstanden.