LX. met haar in zamenstand is, waarna hij zich meer en meer ten Westen van haar verwijdert en den 30 als morgenster zijne grootste afwijking bereikt. renus is in deze maand niet zigtbaardan op het laatstwanneer zij begint avondster te wordenzijnde den 5 in zamenstand met de Zon. Mars blijft bijna op dezelfde minuut ondergaan, ge- Tölgelijk een weinig minder na de Zonwie hij nadert. Jupiter komt gedurig vroeger op; in het laatst der maand des morgens voor 3 ure. Saturnus verwijdert zich weinig van de vorige planeet. ^4pril. Mercurius komt 's morgens voor de Zou op en nadert haar. Fenus verwijdert zich langzaam van de Zon,en gaat 's avonds later onder. Mars blijft zonder genoegzaam eenige verandering des avonds omtrent half 9 ure ondergaan. Jupiter blijft vroeger opkomenin het laatst der maand een weinig na middernachten blijft nog altijd aan Saturnus zeer nabij staan. Mei. Mercurius bereikt den 10 zijnen bovensten zamenstand (achter de Zon), en staat in het laatst der maand na zonnenondergang als avondster. Fmus gaat ongeveer gelijk met Mercurius onder. Hare verwijdering van do Zon neemt eenigzins toe.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuwsche Volks-Almanak / Nehalennia | 1842 | | pagina 70