27 oefende het klooster ook nog anderen invloed uit Hoe wel het waarschijnlijk ondergeschikt was aan de geeste lijkheid der kapel van Dij kwelhad het echter reeds in 1251 het patronaatregt over de kerk te Schore gekregen, wier geestelijken dus waarschijnlijk met de kapellanen der kerk van Eieselinge de Sacellani der Abdissen geweest zuilen zijn. (f) Of nu het klooster van dit regt ten algemeeue nutte hebbo gebruik gemaakt en in de keuze van bekwame geestelijken gelukkig is geweest, kunnen wij al wederom niet beslissen, maar wij veronderstellen zulks toch van edele brave en meer dan't gros des volks geletterde jonkvrouwen. Zij hadden ook hierbij belangwilden zij aan haren regel beant woorden en alzoo is dit dan ook zoo wel ter opleiding en nut der geestelij ken zelve, als tot stichting en zegen Het regt van beroepen van kerkedienaren of geestelijke personen. De kerk van Bieselinge lang eene kapelis van veel lateren oorsprong dan die van Schore en tot de eerste schijnen de Nonnen niet in die betrekking te hebben gestaan als tot de laatste. Al de inscriptien in de Bieselingsche kerk klimmen niethooger op, dan de 16.» eeuw en men vindt er geene be wijzen, dat daarin Nonnen zijn begraven, welke in haar klooster hare eigene kerk en cappellerij en begraafplaats gehad hebben. Op den grond van't klooster vond ik hiervan geene kenmerken in grafzerken, hoewel er wel groote stukken zerk in gevonden worden, maar die zonder sieraden of inscriptien zijn.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuwsche Volks-Almanak / Nehalennia | 1843 | | pagina 135