45 Gij overwint de zelfzucht niet Gij doodt haar slechts in schijn. Dat gij geen vreugde hier geniet Doet ééns u zalig zijn. Dit waant gij en uwe eigenmin Jaagt rustloos naar dien prijs. Zoo volgt gij eigen lust en zin Schoon op uwe eigen wijs. Hooger zin moet ons bezielen Dan de zucht tot zelfbehoud Als wij voor het Wezen knielen Dat de wereld heeft gebouwd. Doch de wensch naar zielsgenoegen Met den afschrik van de smart Isbij al ons doen en zwoegen Immer levende in ons hart. Dat hij levedat hij werke Die ons aangeboren wensch! Dat hij tot het goede sterke D' altijd zinnelijken mensch!

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuwsche Volks-Almanak / Nehalennia | 1843 | | pagina 153