In Argos achter, doch een grijsaard,'s koningsTriend Die liem reeds in zijn jeugd ten leidsman had gediend, Zag dat Aegisthus op Obestes leven loerde Waarom hij hem naar 't liof van I'hocis koning voerde. Eeectka bleef alhier, groeide op, blonk schittrend uit In Argos maagdenrij en werd gevraagd tot bruid Door Torsten, de eêlste bloem van Hellas jongelingen Maar wie 't ook waagde naar Eeïctra's hand te dingen Aegisthus vreezcnd dat ze een' zoon het leven gaf Wiens wraak hem treffen kon stond haar aan niemand af. No" meer, de booswicht stond de onschuldige naar 't leven Beducht dat ze in 't geheim een' eedle kroost zou geven Doch Clttemitestba reeds bevreesd voor d'ouden haat Des volks, weerhield hem van een tweede gruweldaad. Nu durft de moordenaar een' prijs in goud beloven Aan wie Obestes van het leven zal berooven, Die ver van 's vaders huis als balling zwierf in't rond; Terwijl hij mij doord'ecbt aan de eedle maagd verbond (Mij uit Mycenisch bloed en eedlen stam geboren, Maar arm, waardoorvoor mij ook de adel gaat verloren) Opdat geen vrees hem voor een' wreker kwellen zou: Daar hij een' handwerksman Eeectka gaf tot vrouw: Een eedle zou den moordthans sluimrend ,doen ontwaken, En welverdiende straf zou voor Aegisthus naken. Dan (Ctpkis is 't bekend) ik heb op 't huwlijksbed, Uit eerbied voor de maagd, mijn' voet nog niet gezet; Mijn ziel is wars van 't kroost der edelen te onleeren Waarmeê geen lage stand of armoê mag verkeeren.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuwsche Volks-Almanak / Nehalennia | 1843 | | pagina 177