BIJ HET GESCHENK EENER GEDRAAIDE MEEKRAPKIEM AAN MIJNE KINDEREN. Het jeugdig meekrapgroeumijn kinderen gegeven, Is t heerlijkst zinnebeeld van 't lieflijk lenteleven; Dat ook gelijk de kiem, die door een goede hand, In welbereiden grond omzigtig wordt geplant, En door natuur gevoed, steeds welig staat te groeijen, Mijn kindren evenzeer in welvaart mogen bloeijen Ellemeet. L. Khepei. Onder de kiemen, van welker verplanting de meekrap in het voorjaar wordt aangekweekt, vindt men er somtijds, die door eene aardige speling der natuur sierlijk gedraaid zijn. Die aan de kipderen van den haas, nu en dan met lintjes versierd, ten geschenke aantebieden, geeft, meent men, een fooitje. Zoo iets was de oorsprong dezer regelen, voor welke ik naauwe- lijks een plaatsje gevraagd zou hebhen, indien het geene kleine bijdrage geweest ware tot hetgeen in dezen Zeeuwsche Volks- Almanak, 1841, bladz. 27, over eene andere jagt op eenig drinkgeld bij het behandelen der meekrapplant gezegd is. L. K.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuwsche Volks-Almanak / Nehalennia | 1843 | | pagina 232