6.
121
Ilet is mij zelf wel eens voorgekomen, dat men, ik
weet niet welke geheimendie het daglicht niet zien
mogten in oude archiven verscholen scheen te wanen.
Na dezen uitstap kom ik tot de zware branden terug
en wel tot de zestiende eeuw. Yooraf moet ik herinneren
niet te zullen spreken van die gevallen waarin steden
dorpen, of gebouwen in brand gestoken werden, ten
gevolge van den in die eeuw gewoed hebbenden Spaan-
schen oorlog, gelijk b. v. het geval was met de stad
Romerswaal in 1573, het dorp Kerkwerve in het jaar
1575; met vele kerken, waarvan sommigen na dien tijd
niet weder zijn opgebouwd en dergelijken. Ten aanzien
van bijzondere gebouwen, zeg ik met een woord, dat
het slot Zandenburgi bij F^eere, met vele oudheden
daarin bewaard in hetjaar 1505 eene prooi der vlammen
werd; en dat het slot te Haamstedena vier honderd
jaren lang aan de Heren van dien naam ten verblijve
gestrekt te hebben, ten jare 1525 verbrandde, eene eeuw
woest lag, en door Jacob vaiv bew Eijvde heer van
Haamstedein het begin der 17.' eeuw herbouwd werd.
Yan alle afbrandingen van bijzondere gebouwen, zoo
als van het bovenste gedeelte van den Abdij toren te
Middelburg 1567, later ook in 1712; van het Minne
broedersklooster te Zierikzee 1552, van de kerk der
Predikheeren aldaar 1576enz.kunnen wij zonder te
groote uitvoerigheid en onbeduidendheidniet gewagen.
De eerste zware brand in de zestiende eeuwwas die