LXXVI.
mogelijke afstand-dan meten zij de Zon onder eenen hoek, <je
die slechts 8 seconden (?5§S5) Tan eenen regten hoek ver- on
schilt. Alleen met de allerfijnste werktuigen, en bij herhaalde 5
waarnemingen bestaat er dus mogelijkheid ,om door ditmid^ju
del tot eene oppervlakkige kennis te geraken hoe verre wij af,
van de Zon verwijderd zijn, ofschoon ook de fijnheid der be
waarneming eene dwaling zeer waarschijnlijk maakt en bc
weinig hoop op eene naauwkeurige bepaling overlaatvooral, ge
wanneer men in aanmerking neemtdat de ligt mogelijke
regten hoek) 1 ééne seconde in de waarneming (-jsïööo Tan aa
een fout van eene vergissing nopens den zonsafstand geeft be
van 1 millioou mijlen. te
Doch wij willen niet naar het uiterst naauwkeurige onder- 0n
zoeken maar de wijze, waarop men te werk gaat in deze de
berekeningen, in hel algemeen aanduiden. ge
Eene andere wijze, om te ontdekken hoe ver wij van de di
Zon verwijderd zijn, onderstelt, dat men wete, welke de de
afstand zij van de aarde tot de Maan welke door middelen10I
die wij hier niet kunnen aanwijzen, zeer gemakkelijk te ge
berekenen is Wanneer de Maan volmaakt half verlicht tw
schijnt, maken de lijnen, die nit haar middelpunt naar de da
Zon en naar de aarde getrokken worden juist eenen regten'ne
hoek. De gemeten afstand van de Zon en de Maan geeft p,
eenen anderen hoek van den driehoek die door Zon Aarde H(
en Maan gevormd wordt. De afstand van de Maan tot de or
Aarde is eene bekende zijde. De driehoeksmeting leert dus ze
de beide andere zijden t. w. den afstand van de Zon tot de st<
Aarde en tot de Maan berekenen. Maar ook deze reeds door w