35 Hoe veel nev'len lijn verdwenen Voor liet licht, door ons verspreid! Hoe werd alles voorbereid Aangevat en uitgebreid, Wat het hart der lieve kleenen Open voor de reinste leer Kon vereedlen meer en meer En hun leden kon beschaven! 't Was ons vreugde, hen te laven Aan de bron dier kennis, die (Wie er laag op nederzie En hoe vreemd van praal ie zij) Heil brengt aan de Maatschappij. Schittrend zijn de hooger glansen Die Geleerdheid nederschiet; Uocli, wie haar zijn hulde biedt, Broedren! hij vergete 't niet: Eer de zon prijkt aan de transen, Kleurt de dageraad het oost, En de schemerschijn geeft troost, Eer de dag ons mag verblijden.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuwsche Volks-Almanak / Nehalennia | 1845 | | pagina 123