69 Deze redding daagde dan ook eindelijk op,en had op deze wijze plaats Korte dagen nadien werden zij een neger gewaar, die, met eeue llesch brandewijn in de hand al zingende door het bosch heen brak eu de riglingnam naar de plaats, waar zij zich bevonden. Zich hierop in het geboomte verborgen hebbende tot de neger digt bij hen was, traden zii allen in eens te voorschijn en hielden hem aan,hem ondervragende, waar hij van daan kwam? Toen de neger eenigzius van den schrik bekomen was verhaalde hij hendat er eeue Curacaosche bark in de baai van Porto-Preage lag, waar hij de flesch brande wijn gekocht had. Ofschoon hij dringend smeekte, hem te laten gaan, eu beloofde, des andereu daags te zullen terugkomen, om hen derwaarts Ie brengen wilden va» Hoon* en zijne lotgenootendie niet gaarne deze gunstige gelegenheid tot redding wilden missenvan geen uitstel hooren maar drongen den gezegden neger, hen terstond naar de genoemde baai te brengen. Zij kwamen er, na eene wandeling van twee uren, en met eene kano aan boord van gezegde bark gebragt zijnde, verzochten zij den schipper dringend, hen met zijn vaartuig naar Curacao te brengen doch deze ziende dat zij geheel verhongerd waren, weigerde hij, hen aan zijn boord te nemen zeggende slechts voor zes weken, voor zijn eigen volk van lijftogt voorzien te zijnen dat hij

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuwsche Volks-Almanak / Nehalennia | 1845 | | pagina 171