4. 73 - dek- aats iv a a r en iren- zend zee- i af- VAS naar l vijf n op dier- Yoor kon >ring zijne ge- lOOtS- wege 'gen gton, B ZOO de assuradeurs bij wien het bewuste schip was verzekerd geweest, op 'de gelden beslag. Hierop eischte vHooka een derde deel voor bergloon doch de Kamer van assurantie te Middelburg besliste, dat, vermits hij niet voldoende bewijzen kon, dat hij alleen met de drie matrozen,die bij hem waren het geld gered hadhet voorschreven derde part aan al het scheepsvolk gezamentlijk toekwam dat dus ook aan de anderen ofbij afwezigheidaan hunne vrouvïen en naaslbestaandon werd uitgedeeld. Dit gemis was echter uiterst gering, in vergelijking van het geluk, dat hem was ten deel gevallen, de red ding namelijk van zyn leven, en het behoud zijner vrij heid en gezondheid, uit zoo vele hagchelijkc gevaren. Hij besluit dan ook dit verhaal van zijne merkwaardige lot gevallen, met te betuigen, dat hy bij zijne behoudene aankomst in den schoot zijner betrekkingen, een vurig gebed opzond tot den Allerhoogsten die hem zoo zigt- baar ondersteund en geholpen had, en onderdo leiding van wiens aanbiddelijke Voorzienigheid hij en de zijnen op eeno ongedachte wijze uit gevaren waren gered, die op hun aller gewissen ondergang schenen te zullen uit- loopen Zierikzee. A. Moeks vaa Blooxs. gden

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuwsche Volks-Almanak / Nehalennia | 1845 | | pagina 175