Daar drukte hij u 't eerst aan 't vaderharte En dankte God, die hem dien zegen schonk: Daar troostte hij uw kinderlijke smarte Tot wéér uw oog van dartle vreugde blonk. Van daar sloeg hij uw wankle schreden gade; Daar laagt gij vaak en rusttet op zijn' schoot, Terwijl hij bad: «Bewaar haar voor het kwade!» En hij vol zorg u in zijne armen sloot. Daar sprak hij u van God, die in den hoogen Met Vadertrouw ons lot wil gadeslaan. Daar hield hij u 't gevolg van 't kwaad voor oogen En wees u 't pad ten zaalgen hemel aan. Daar vouwde hij uw kleine handen zamen En sloeg vol liefde op u het vaderoog: Hij ging u voor, herhaalde 't plegtig Amen, En staamlend steeg uw eerst gebed omhoog. Gedenk mijn kind! gedenk met stille smarte Steeds iedre les, die u uw vader gaf! 0 prent die diep, diep in het kinderhart» En wijk van 't spoor, dat hij u wees, nooit af, Dan buigt gij u, wat onheil u moog' treffen, Niet moedeloos voor 's onspoeds slagen néér; Maar zult het hoofd vertrouwend opwaarts heffen Sterk in 't geloof en hopend op den Heer.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuwsche Volks-Almanak / Nehalennia | 1845 | | pagina 184