-T 163 «Doch, Oubesneednen ««Toer hij Toort Van harten en van ooreu Voor u was 's Heeren daad en [woord »»Van eeuwen her Terloren. »»Uw trots, aan zondeulust Torkleefd »»Is 't die altijd Gods geest weerstreeft, »»Gij, als tooi heen uw raadren, »»Zijt moorders en verraadren o i "I,! 1. l'ji ««Zijn allen, wien 't Gods geest gebood, »»Als zij dit volk Termaanden, »»Niet wieed gemarteld of gedood, Wanneer zij 't heilspoor baanden »»Oes Hei lands, dien gij hebt Termoord! Gij die Gods zaligmakend woord, »»Van engleu hebt ontrangen, Deedt Hem aan 't kruishout hangen!»)» ;c- j;i5i ii'. I,, Toen klonk de moordkreet! Zijn Terwijl Deed hun het harte bersten Zoodat zij tegen hem toI spijt En wrok de tanden knersten! Maar hij, Tan 's Hccreu geest TcrTuld Zag zich Gods heiligheid onthuld En Jezus den Gewijde, Aan 's Vaders regterzijde!

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuwsche Volks-Almanak / Nehalennia | 1845 | | pagina 265