voorde ridderHeer van fHar mond JVovde eras., (deze overleed den 25 April, kort voor het vertrek des Gezantschaps)Jouan Berk, Albert de Veer, Elias van Oldenbarneveld en Albert Joachimi Peusionnaris- sen van Dordrecht* AmsterdamRotterdam, en Goes [2], Met groote statie en met ongedekten hoofde ontving Koning Jacobds I. dit gezantschap. Het zou ons te ver voerende bijzonderheden van het over en weder han delen op te geven. Veel was er den Engelschen aan gelegen de heerschappij op zee voor zich te behouden, maar nog meer was het voor de Nederlanders van belang, [2] Van Wijs, Bijvoegselen op Wagenaar, D.X, bl.25, spre kende van dit gezantschap, maakt de volgende aanteekening «Re aanwassende welvaart der ingezetenen vertoonde zich sedert eenigen tijd inde pracht van derzelver Gezanten. Immers vak Duivenvoorde dacht zijn zilveren of vergulden huisraad naar Engeland met zich te nemeneven als Brederode naar 1) Frankrijkwaarvan het land de vergoeding op zich nam indien er eenig ongeluk aan kwame. „Onder de geschenken, die de Gezanten, niettegenstaande 's lands kas zeer bezwaard was, voor den Koning en voor- naamste Rijksgrooten met zich namen, waren twee tafereelen, geschikt voor den Prins van Walles, beide geschilderd door „Vroom, te Haarlem; het eene vertoonde den zeeslag voor Gibraltarhet andere een zeestorm ook schonk men sedert aan den Groot Kamerling van Engeland een tapijt van 3i 8 ellen, te Delft gemaakt, kostende 24 gulden de el.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuwsche Volks-Almanak / Nehalennia | 1846 | | pagina 99