en Schutters waren onder dezen naam bekend. 2)
Alleen de eerstgenoemden komen hier in aanmerking
daar de laatstgenoemden, voor zoover zij in Goes
bestaan hebbenreeds vroeger in dit jaarboekje be
handeld werden. 3)
Om onzen lezers een overzigt over den aard
den omvang en het doel van deze inrigting te ge
ven meenen wij niet beter te kunnen doen, dan de
woorden over te nemen van eenen man, die in
de dagen van derzelver bestaan en bloei leefde. Het
was Michael Eversdijck predikant te Hoedekens-
kerke, die op de vergadering der classis van Zuid-
Beveland, op den 11 Jan. 1G73 te Kloetinge gehou
den, een berigt voorlas: over de misbruiken in 't
houden van paepse gilden ofte eonfrerien door gere
formeerden. 4) In dit stuk houdt hij staande, dat
de bedoelde gilden zijn
1.' puer van eene paepse gront en nature.
2.e in opsight van derzelver verscheijde exercitiën
superstitieus en afgodisch.
2) Wij zouden ons kunnen beroepen, op hetgeen H. W. Tijdematv dien
aangaande in zijne bekroonde verhandelingen over de Gilden, (zie Nieuwe Ver-
handelingen van het Zeeuwsch Genootschap D. IV. St. J.) bl 30 zegt; maar
wij verwyzen, althans wat de schutters betreft, lieve- naar de ordonnantie
door den Ed. Achtb. Heer Was, in den zesden jaargang van den Zeeuwschen
Volks-Almanak medegedeeld alwaar op bl. 4 van eene Conf rerije oft Gilde van
Cloveniers gesproken wordt.
3) Zie den vijfden jaargang bl. 6, vlg. in den negenden bl. 10 vlg,
4) Dit berigt komt in deszelfs geheel voor in het actenboek der genoemde
classis, beginnendo Jan. 1687, fol. 1—28,