die slechts van eene zaak of vborwerp eene juiste ge waarwording erlangt, geen man van smaak kan genoemd worden. Een geleerde, die alleen schoonheid en orde in het vak zijner studie; een bevelhebber, die dezelve alleen opmert. tin de wapenrusting, en al het overige hun ner opmerkzaamheid on waardig keuren en verachten, zijn, op zijn best genomen verwaanden. Het is alzoo een vereischte van den goeden smaak, dat hij verkeert om trent elke schoonheid en ordein welk gebied zij ook te huis belmoren. En het bewijs ligt mitsdien nabij, dat de vorming en verbetering van den smaak eenen krach- tigen invloed oefent op ons zedelijk karakter, cp ons harten op onze deugd. Hij toch, die mij leert, de leemten* en misstanden in een gedicht optemerken, leert mij tevens het gebrekkige en onvoegtlijke in mijn ge drag uit te vorschen. Word ik ger oerd door een meester stuk van vernuft of kunst, dan zal mij ook het grootsche eener deugdzame daad niet ontglippen. Ja, een beroemd schrijver heeft zich schoon uitgedrukt, dat de goede smaak verkeert omtrent elke waarheid elke deugden omtrent alles, wat wel luidt, als hij zegt: «Indien wij den goeden smaak eenen tempel willen stichten, dan moet elke wetenschap daarvan een pilaar zijn elke deugd moet er een altaar gewijd zijn, en de drie Gratiën moeten er het Priesterschap waarnemen." Is alzoo de bevorderaar van den goeden smaak tevens de bevorderaar der deugdhij zal zich te meer als zoo danig aan ons vertoonenals wij het volgende opmerken. 123

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuwsche Volks-Almanak / Nehalennia | 1847 | | pagina 229