Saturnus komt vroeger op, dan in de vorige maand; in het laatste derzelve te 11 uur. Juiij. Venus bereikt den 25 hare grootste oostelijke af wijking als avondster van de Zon. Mars vervroegt zijnen opgang, zoodat deze in het laatst der maand des avonds te half elf uur plaats heeft. Jupiter komt in het laatst dezer maand een wei nig voör de Zon op. Saturnus blijft vroeger opkomen; in het laatst dezer maand te 9 uur. Augustus. Venus gaat vroeger onder, dan in de vorige maand. Mars vervroegt zijne opgang in deze maand ruim een uur. Jupiter komt in het laatst dezer maand een half uur na middernacht op. Saturnus staat den geheelen nacht aan den hemel, doch staat door zuidelijke afwijking niet zeer hoog aan den hemel. September. Venus nadert meer de Zon en begint zich in hare stralen te verliezen. Mars komt kort na Zons-ondergang op. Jupiter vervroegt in deze maand zijnen opgang anderhalf uur. XXXVIII.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuwsche Volks-Almanak / Nehalennia | 1847 | | pagina 46