78
Winoxherge; ik denk echter ter laatstgenoemde
plaats. Doch in 1225 lezen wij nogmaals van eene
"glorieuse translatie der H. Lewinne door den
Bisschop der Moriners, Adam, op den berg, die
Groneberchgenoemd wordt. De gewijde overblijf-
selen werden in een' kostelijken fierter, of reli-
quienkast, van goud en zilver vervaardigd, neêr-
gelegd, en de overbrenging had plaatsin 't bijzijn
veler eerwaardige en godsdienstige personen (G).
Van Broeder Balger en de H. Lewina, van
wie wij niets meer vernemen komen wij terug
tot Monnikereede. Zooveel weten wij nu, dat
het klooster reeds vóór 1058 aanwezig was,
zoodat men den oorsprong van Monnikereede ge
rust mag stellen in den aanvang der XIdeeeuw
en het rangschikken onder de zeer oude plaatsen
van ons land. Groot is het nooit geweest
en daarom ook nooit sterk op den voorgrond
getreden, t Had zijn' stedelijke regten ontvan
gen wanneer weet men niet bepaald, maar
zeker vóór 12GG (7). Ook komt het sedert
127o voor op de lijst der Vlaamsche steden,
die zich bij den koning van Frankrijk borg
stelden (8). Het bezat het voorregt eener jaar
markt en de handel in masten en ander scheeps-
gereedschap bloeide er zeer. Toen het in
de binnenlandsche oorlogen tegen Graaf Bode
wijk van Nèvers de zijde der Clauwaerts
of de volkspartij had gekozen, verloor liet,'
nadat deze partij verwonnen was, met vele