85 dien laats ten steen en lees er op tot uwe lee ring en stichting hier ligt hegraven de stad Monnikereedebedolven in haar eigen fiuin. De we reld gaat voorbij en hare begeerlijkheid. Maar die den wille Gods doet blijft in eeuwigheid Weemoedig verliet ik de plek, terwijl de vriendelijke knaap voor de hem geschonkene belooning, naar Vlaamsche wijze, mij zijn' dankbaren handkus toewierp.

Tijdschriftenbank Zeeland

Cadsandria | 1854 | | pagina 132