105
tlie dagen en eenige jareii vroeger en later,
vóór en na de' verovering van Sluis door den
Spanjaard onder Parm-a'(1587), met deze stre
ken droevig gesteld wasdaarvan geven de
geschiedschrijvers ten volle getuigenis. Gelieele
steden en dorpen waren verlaten; waar een
maal de ploeg des landmans den grond scheurde,
speelden de golven die door de doorgestoken
dijken den vrijen toegang hadden totdiet haar
vroeger ontwoekerde erf; hongersnood en pest
ontvolkte deze streken en de woning der men-
schen werd ter schuilplaats van wolven en
wild gedierte.
Wanneer Hunnius in zijne Zeeuwsche Buize
ons op bladz. 51 meldt dat Oostburg geheel ver
laten was en de wolven 's nachts hunnen dorst
kwamen lesschen op de markplaats dier aloude
stad, spreekt hij ongetwijfeld waarheid- Uit
de: landsrekening van den Vrijeloopende van
half Aug. 1G02 tot half Aug. 1C63, blijkt dat
in dat jaar in deze streken gevangen waren
elf oude en veertien jonge wolven.
Ook voor de geschiedenis van Èailzand zelf
is bovengeplaatst stuk niet zonder -eenig be
lang. Wij leeren er met een uit dat, na dat
Sluis was overgegaandie streken weder meer v
of min bevolkt werdendat de Koomsehe
godsdienst aldaar op nieuw werd uitgeoefend
en de pastoor van het eiland Kadzand, Simon
Vermeulen heette. Eer acht jaren waren