HO
heel andere streken dan waarzij zich bevinden.
Heeft men nogtans de originele kopie van van
Thuijnen voor zich dan verandert alles en niet
een enkel argument van die, waarmede men
de echtheid van het stuk gewoonlijk bestrijdt,
is daarop van toepassing.
Ieder dorp of stad staat op zijne regte plaats
en vruchteloos zal men daarop zoeken naar
Breskens, Nieuwvliet, Middelburg, of andere plaat
sen, die later dan van 1255 dagteekeaen.
In de archiven der Abdije van Sr. Pieter,
St. Baef en van de Bijloke te Gentzijn eene
over groote massa kaarten aanwezig, de ge
legenheid van Stmts-Vlaanderèn in de vroegste
tijden voorstellende en allen komen volmaakt
overeen met die van van Thuijnen.
Men zal tegenwerpen dat die kaarten kopïën
zijn van het origineel, hetwelk van Thuijnen
nateekende, doch zonder de gegrondheid dei-
objectie toe te stemmen, antwoord ik daarop
dat dit meer in haar voordeel pleit dan in
haar nadeel.
Dat van Thuijnen zijne kaart niet lieeft ver
zonnen, maar die gecopiëerd heeft naar een
stuk hetwelk als origineel werd beschouwd
dit wordt zonneklaar daar door bewezen
dat. zoo wel te Brugge als te Gent die originelen
nog aanwezig zijn.
Naar dezelve regelde zich de Hooge Raad
te Mechelenregelde zich het Collegie s'lands