30 •^*5* OS SPIJKERHARD contra NAGELVAST: h.et duel T A icArA 22 CONSENT NR. 36 VOORJAAR 2020 In 1990 schreef Gerrit Zomer: Voor u ligt het eerste nummer van CONSENT, de nieuwsbrief van de Stichting Behoud Hoogaars. In 2020 schrijft Bonnie Joosse: Voor u ligt CONSENT, uitge geven door de SBH, Tolerant VZW, Stichting Museum haven Zeeland, De Vrienden van het Nationaal Scheep vaartmuseum VZW en de Historische Scheepswerf CA, Meerman. CONSENT was tot 1994 Nieuwsbrief, verscheen na 1995, intussen een glossy geworden, voor het eerst met de ondertitel: Over de oude Zeeuwse Zeilvaart. In 1997 werd het een: Magazine over de oude Zeeuwse Zeilvaart. In 2002 werd dat: De oude Zeeuwse Zeilvaart, om in 2003 te veran deren in; Over de Oude Zeeuwse Zeilvaart. In 2008 weereen verandering: Over de oude Zeilvaart op de Schelde. "Op de Schelde", want gaandeweg kwam het maritiem erfgoed van de hele Scheldedelta in beeld. De vereniging Tolerant vzw uit Rupelmonde werd de tweede uitgever, de redac tie werd uitgebreid, het interessegebied van CONSENT ging de grens over.Nu, in 2020 wordt CONSENT door vijf uitgevers gerealiseerd, er is een redactieraad, een coördinator. En in die 30 jaar is CONSENT begeleid door een redactie. Met redactieleden in alle soorten en maten. Ze zijn geteld en je gelooft het niet, op de kop af 30 mensen hebben zich langer of korter, met hart en ziel, en met plezier, ingespannen om ieder jaar weer een CONSENT te maken. In CONSENT wordt geschreven over schepen, boten, scheepsbouw, werven. Over vissersplaatsen, vismetho- den en vissers. Over vaarwater, vaarwegen en bruggen. Er wordt actie gevraagd: voor het behoud van de spoor brug over de Arne, voor het redden van de Pegasus. Er is aandacht voor industrieën, ambachten, leef en -werkom standigheden, bouwen en in de vaart houden. Door het verleden leert men het heden beter begrijpen. Consent kijkt niet alleen naar het verleden maar richt zich ook op de toekomst. Een blad dat vol is van de Schelde en alles daar omheen er op en er onder. En om het maar eens op z'n Zeeuws te zeggen: Da je der nog maar lang getuuge van mag wezen. De redactie ^^^^tömaïïsërin|| PWÖ3H ÜSKUBSSS CONSENT I NR. 36 IVOORJAAR 2020 23 JelIe Joosse Naar aanleiding van de tekst van het artikel "Vanwaar de Hoogaars?" is er een levendige discussie ontstaan binnen de redactieraad van dit tijdschrift. De coördinator benaderde mij daarna met de vraag of ik uitsluitsel kon geven. Kan je wel spreken van de termen 'spijkeren' en 'spijkers', daar waar het gaat over de constructie van oude schepen? In het genoemde artikel worden deze termen gebruikt. Een medelid van de redactieraad vindt deze termen niet gepast en zou liever spreken van 'nagelen' en 'nagels'. Ooit ben ik gevraagd om in de redactieraad te komen vanwege mijn kennis van (let wel, niet 'kunde met', daarvoor hebben we Cees Droste natuurlijk) scheepsbouwgereedschappen. Zo kwam de coördinator bij mij terecht. Welnu, de auteur van het gewraakte artikel onderbouwt zijn standpunt door te stellen dat volgens hem een spijker altijd een kop heeft, en een nagel doorgaans niet (klinknagel, keer nagel, korvijnagel); met spijkers wordt gespijkerd, niet gena geld. Woordenboek Van Dale noch Wikipedia geven echter uitsluitsel. We moeten dus verder kijken. Wat meteen blijkt is dat het al een oude discussie is. In 1400 had men in Doesburg, Gelderland, al genoeg van dit dilemma, zo bleek uit een oud bestek: men sprak liever over spijkernagels... In allerlei bouwbeschrijvingen bij allerlei soorten constructies door de eeuwen heen werden de termen door elkaar gebruikt De keuze van de benaming lijkt afhankelijk te zijn van: 1. de periode in de geschiedenis 2. de aard van het materiaal van het ding zelf, hout, smeedijzer, draadstaai, koper 3. al dan niet de aanwezigheid en de vorm van de kop 4. de vorm: plat, cilindrisch, vierkant 5. de grootte, vroeger gebruikte men spijkers vaker voor kleinere maten 6. de aard van het bouwwerk: meubel, huis, boot, kathedraal 7. de lokale gebruiken *1 Een kluit spijkers/nagels uiteen scheepswrak in een vitrine van Nederlands Instituut voorScheeps- en onderwater Archeologie (NISA) te Lelystad. De kluit is zeker een meter breed. In 2004 verscheen, onder auspiciën van de Vereniging voor Ambacht Gereedschap, een boekwerkje onder de titel 'Spij kers Draadnagels'. Achter in het boekje staat een opsom ming van benamingen van nagels/spijkers op alfabet, met daarachter een korte toelichting. De opsomming beslaat vijf pagina's. Om een beeld te geven van de variatie volgt hier een kleine bloemlezing, we beperken ons tot een gedeelte onder de letter D: Benaming Dokebout Dolspijker Drieling Dubbele nagel Dubbelingspijker Duiker Duimspijker Dwarskop Toelichting kopspijker van 15 cm. zie wormnagel bevestiging dakbeschot dubbellang 10 cm nagel om dubbeling op de scheepshuid te spijkeren slappe tapse nagel, zie ook Zolderduikers lengte in duimen langwerpige kop

Tijdschriftenbank Zeeland

Consent | 2020 | | pagina 12