r
68
69
aan
geschilderd zij
van
le
van
het
het
was gevoegd het
het genootschap ten jare 1818
Leesinrichting.
Van de leesinrichting wordt voortdurend veel gebruik ge
maakt. Zij blijft in alle opzichten aan hare bestemming
beantwoorden. Het aantal der verschillende ter lezing ne-
dergelegde tijdschriften en weekbladen bleef nagenoeg on
veranderd.
Enkele directeuren en leden gaven blijken van belang-
- telling door het voor korteren of langeren tijd in bruik
leen afstaan van boeken, verslagen of andere geschriften.
Dr. F. P. J. Sibmacher Zijnen belast zich meestal met
den aankoop der verschillende op wetenschappelijk en ander
gebied uitkomende brochures.
kentelijkheid werd aanvaard. Er bestond geen bezwaar,
om tevens vergunning te verleenenom van het portret voor
de stedelijke oudheidkundige verzameling aldaar eene kopie
te doen vervaardigen, waarop groote prijs gesteld werd.
De echtheid van het portret werd, gelijk ook van
andere mede tentoongestelde portretten, door sommigen
betwijfeld. De stads-regeering heeft getracht deswege inlich
tingen in te winnen te Marburg, welk onderzoek nog tot
ireene beslissing heeft geleid.
Ten slotte zij nog vermelddat het genootschap zijne
medewerking heeft verleend aan de in 1880 door de maat
schappij Arti et amicitiae” te Amsterdam gehouden ten
toonstelling van kunstvoorwerpen in vroegere eeuwen uit
edele metalen vervaardigd, als ook aan de tijdens de inter
nationale tentoonstelling aldaar in 1883 gehouden tentoon
stelling van retrospective kunstdoor voor beide eenige
daarvoor geschikt geoordeelde voorwerpen uit zijne verza
meling tijdelijk beschikbaar te stellen.
Betrekkingen met binnen- en buitenlandsche
genootschappen.
Onze betrekkingen met de zoo binnen als buiten ’s lands
een bekend Zeeuwsch geslacht. Daarbij
diploma als lid van
hem uitgereikt.
De heer Th. F. Martin schonk de koperen plaat
het zeldzaam geworden, of misschien niet meer bestaand)
portret van J. J. Andriessenin leven burgemeester
en geneesheer te Veere.
Tot de verzameling van het genootschap behoort o.
een in olieverw op paneel geschilderd portret, in den ca
talogus vermeld als dat van Ulrich Zwingli, ten jare 1529
vervaardigd toen hij te Marburg vertoefde, toebehoo
hebbende aan den landgraaf van Hessen, later aan eene
hertogin van Orleans en in 1818 aan het genootschap g
schonken door zijnen vice-president den heer Laf on i
waalsch predikant.
Sommigen beweerendat dit portret zou
door Lucas Cranach.
De redenenwaarom dit portret mag gehouden worden
voor dat van dien geleerde en de wijze waarop het in
’t bezit van het genootschap is gekomenzijn door den
heer Nagtglas breedvoerig uiteen gezet in het weekblad
//De Nederlandsche kunstbode,” jaargang 1880, n°. 14.
Bij de onlangs te Zurich gehouden Zwingli-tentoonstel-
ling, ter gelegenheid van de herdenking van den 400ST,'!
geboortedag van den Zwitserschen hervormer, was op di
portret de aandacht gevestigd van den heer Walter Bion,
predikant en voorzitter van het Zwitsersch //’Verein fii.
freies Christenthum.” Dien ten gevolge gaf het tentoon
stellingsbestuur zijn verlangen te kennenom van het por
tret eene photografie te mogen ontvangen. De vele aan
eene vervaardiging daarvan verbonden bezwaren én de on
zekerheid, of een in alle opzichten juiste afdruk zou ver
kregen worden deed het genootschap besluitenom
portret zelf gedurende eenigen tijd ter beschikking van
stads-bestuur van Zürich te stellen, welk aanbod met er-