In dezelfde verzameling bevindt zich ook een gedicht ter verdediging van de
Afscheiding zelf onder de titel 'Eenvoudige verantwoording over het vooroordelen
tegen de Afgescheidenen':
De afgescheiden Kerk,
Dat zijn geen nieuwe lichters,
Doen ook geen heilloos werk,
Maar oude waarheid stichters;
Verwerpen ook ten slot,
Al menschelijke vonden,
Die op het Woord van God,
Haar echtheid niet en gronden.
Wat de consencie wrogt,
Dat hoort men daar niet galmen,
Zij hebben ook genoeg,
Aan schoone aantal psalmen,
De Gereformeerde leer,
Die hoort men daar belijden.'"
De toenmalige media, en dan moet men denken aan kranten en pamfletten (op rijm of
in proza), schonken kortom de nodige aandacht aan afscheiding en landverhuizing.
In een spekbrief die in 1847 in een Haags schandaalblaadje werd gepubliceerd
onder het motto 'Aanmoediging tot landverhuizing', doet de schrijver onder meer ver
slag van zijn ontmoeting met Zeeuwse landverhuizers: Ook hebben wij eenige
Zeeuwsche landverhuizers mogen ontmoeten, als van Ouwerkerk, Nieuwerkerk,
Bommenede, Zonnemaire en elders, allen hunne reis naar de plaats hunner bestem
ming voortzettende met uitzondering van eenigen welke zich te Buffalo of in den
omtrek dezer streken hebben gevestigd, welke alle (zoo verre mij bekend is) zich in
eene veel beloovende welvaart mogen verblijden.' Voor de schrijver is Amerika het
land van belofte: hier ben ik reeds meer dan driejaren in mijn waar element, vrij
heid en gelijkheid, zonder begunstiging van bijzondere standen.'20
Ook een tamelijk genuanceerde brief van de rusteloze, bevindelijke predikant
H.J. Budding (1810-1870) die van 1848 tot 1852 door Amerika zwierf, miste zijn uit
werking niet. Aan de familie De Jonge in Goes schreef hij op 18 september 1849
onder meer: 'Niemand moet dus naar Amerika komen om de zonde en goddeloosheid
van Europa te ontvlieden, want ieder neemt zijn zondig hart mede, en de goddeloos
heid en losbandigheid is in sommige plaatsen ruim zoo groot als in Nederland Ge
kunt hier vrij geboren worden, opwassen, trouwen, sterven en begraven worden, rij
den, trekken, verhuizen, paard houden, vee slachten, en hebt, eens in Amerika zijnde,
met geen kommiezen en zulken aard van dingen te maken. Ge betaalt eens in 't jaar
uwen tax of gaat een dag aan de wegen werken en daarmee gedaan.'21 In zijn auto
biografie schrijft Bastiaan Broere (1822-1887) dat de brieven van Budding over de
vrijheid van godsdienst in Amerika hem op de gedachte van landverhuizing brachten.
Deze Bastiaan was als jongste van twaalf kinderen te Yerseke geboren in een familie
van vissers. Na een bekeringservaring zocht hij leiding bij predikanten zoals
Budding, Van der Meulen en Klijn. Ondanks verzet van zijn familie vertrok hij in
1849 naar Amerika, eerst naar Michigan en later naar Say ville, New York. Over zijn
beweegredenen schrijft hij: 'Mijn tijdelijke belangen noopten mij volstrekt niet heen
PATRONEN, PERSONEN EN MOTIEVEN
13