enkele Hawker Hurricanes van het 615e
Squadron. De op zeer lage hoogte passeren
de jachtvliegtuigen waren een zeer gemak
kelijk doelwit voor het Duitse luchtafweer
geschut. Flight Lieutenant Eric Stanley
Aldous, een veteraan die in september 1940
al eens gewond was geraakt, trof nu zijn
noodlot. Hij crashte op het vliegveld en vond
daarbij de dood. Overigens verloren ook een
aantal Duitse militairen én enkele burgers
het leven tijdens deze aanval.
Of het één het gevolg was van het ander is
niet bekend, maar feit is wel dat reeds vier
dagen na dit drama weer Messerschmitts op
Vlissingen arriveerden die deze keer het
Walcherse vliegveld wel tot hun thuisbasis
maakten. Dit onderdeel, de 2./JG 53, stond
onder het commando van Hptm. Ignaz
Prestele. Voor één van de Duitse vliegers,
Uffz. Blechschmidt, duurde het verblijf niet
erg lang. Toen zich op 25 oktober bij verras
sing drie Spitfires boven de stad vertoonden
en met hun boordwapens een 'Signalstelle'
beschoten werden door de Duitse vlieglei-
ding onmiddellijk twee Messerschmitt's de
lucht in gestuurd. Terwijl deze van het vlieg
veld wegklommen werden ze aangevallen
door de, overigens met Amerikaanse vrijwil
ligers bemande, Spitfires. Blechschmidt
werd daarvan het slachtoffer. Hij stortte
met zijn toestel in de Schelde.
Een maand na haar komst vertrok de 2./JG
53 weer. Begin december arriveerden daar
op vliegtuigen van de 2./JG 3, een eenheid
die in het voorafgaande halve jaar met veel
succes actief was geweest aan het Oostfront.
Na een rustperiode waarin het werd heruit-
gerust met splinternieuwe Me-109F4's
werd de eenheid naar Nederland gediri
geerd. Evenals de 2./JG 53 had ook deze
Staffel echter een relatieve rustige periode
tijdens haar verblijf in het Zeeuwse. De
taken van de 2./JG 3 bestonden uit het
beschermen van de scheepvaart en het
bewaken van het kustgebied tegen binnen
vliegende bommenwerpers en jagers. Het
gebied waar deze taken werden uitgevoerd
bevond zich grofweg tussen Zeebrugge en
Den Helder. Waarschijnlijk is de 2./JG 3 (op
15 januari 1942 werd deze eenheid omge
doopt in 5./JG 1) de laatste vliegende een
heid geweest die gestationeerd was op het
vliegveld. Weliswaar werd het vliegveld
nadien ook nog frequent gebruikt, maar
geen van hen was voor een langere tijd op de
Duitse basis te vinden.
Het is zeer goed mogelijk dat dit het gevolg
was van het feit dat het Duitse onderdeel
dat in 1942/1943 de taak had om het
Nederlandse kustgebied te beschermen, de
II./JG 1, sinds het voorjaar van 1942 werd
uitgerust met de nieuwe Focke Wulf 190. Op
dat moment het beste jachtvliegtuig ter
wereld. Na inspectie door één van de
Staffelkapitane, Oblt. Detlev Rohwer, werd
het vliegveld van Vlissingen te klein bevon
den voor een Staffel uitgerust met dit type
toestellen.10
Ook het toenemende gevaar voor luchtaan
vallen en de kans op beschietingen vanuit
zee leidden ertoe dat de jagers van de II./JG
1 na de zomer van 1942 werden geconcen
treerd op de vliegvelden van Woensdrecht
en Schiphol. Zoals beschreven werd de
Walcherse basis nog wel zeer regelmatig
gebruikt voor tussenlandingen en verblijven
van enkele dagen. Zeker tot de herfst van
1943 waren er om deze reden regelmatig
vliegtuigen op het vliegveld te vinden.
Of de Amerikaanse United States Army Air
Force (USAAF) met deze kennis ook haar
bombardementen op respectievelijk 15 en 19
augustus 1943 zou hebben uitgevoerd valt
te betwijfelen. Hoewel het vliegterrein
behoorlijk werd beschadigd, verliepen de
aanvallen in een ander opzicht desastreus,
doordat er onder de Walcherse bevolking als
gevolg van afzwaaiers enkele tientallen bur
gers het leven verloren. Overigens had de
RAF in 1943 al eerder met wisselend succes
verschillende bombardementen uitgevoerd
op het havengebied.
In februari 1944 was het dan definitief
gedaan met de 'oorlogscarrière1 van het
vliegveld Vlissingen. Omdat de Duitsers
kampten met een personeelstekort, werd op
2 februari het bevel gegeven om het vlieg
veld onklaar te maken.11 Door het graven
van sleuven en het tot ontploffing brengen
van springladingen in de startbanen werd
het vliegterrein onklaar gemaakt. Vanaf dat
moment waren de Vlissingers alleen nog
maar getuige van overvliegende vliegtuigen.
Het geluid van startende en landende
machines behoorde definitief tot het verle
den.
20
Den Spiegel, oktober 1997