We laten nog even Tebbenhof aan het woord. de Nederlandse hospitaalsoldaten be geleidden ons tot Oldenzaal en verzorgden liefdevol onze gewonden. Precies als met de Engelsen op de heenreis werden onze soldaten op de stations door het Rode Kruis opgevangen zoals bijvoorbeeld in ütrecht waar de trein 's nachts passeerde. Func tionarissen van Rode Kruis, spoorwegen, politie en gemeente wachtten daar de trein op. Er stonden wagentjes met proviand Een luguber gezicht: een aantal der uiterst zwaar gewonden op het perron van Vlissingen klaar, dat aan de gewonden werd uitgereikt. Iets na half twee vertrok de trein onder het zingen van 'Nach der Heimat' uit Utrecht en bereikte 's morgens om zes uur Oldenzaal. Ook daar weer het zo langzamerhand be kende ritueel van autoriteiten en versnape ringen. De Duitse arts Grumpholz dankte de Nederlanders voor de vriendschappe lijke samenwerking en was vol lof over de in Nederland ondervonden behandeling. Tot slot sprak Dr. Sturkopf, waarna de trein vertrok naar Osnabrück. De uitwisseling was geslaagd!' Een tweede uitwisseling had plaats op 28 en 29 juni 1915. Het scenario was min of meer hetzelfde als in februari, zij het, dat het vervoer nu verzorgd werd door de Oranje Nassau. Er werden 392 Engelsen en 186 Duitsers uitgewisseld. Het zwaarst gewon de slachtoffer was een Duitser die beide be nen miste en ook nog blind was. Net als in februari verzorgde de afdeling Vlissingen van het Rode Kruis onder leiding van Dr. Staverman het transport van en naar het schip. De hele operatie stond onder lei ding van hoofdbestuurslid Dr. Hijmans uit Den Haag. De rit van de Duitsers door Zee land trok veel bekijks: in Kapelle-Biezelinge kregen ze kersen, te Krabbendijke stond het zwart van de mensen. In 1915 schijnen te Vlissingen nog enkele uitwisselingen te hebben plaatsgehad, de juiste data konden helaas niet worden vast gesteld. Nasleep Bij het Rode Kruis echode de uitwisseling nog na. In de hoofdbestuursvergadering van 9 juni 1915 werd door de afdeling Amersfoort gewezen op de grote overdaad die had bestaan bij het doorkomen van de gewondentreinen. Het hoofdbestuur stelde dat zuinig te werk gegaan moest worden, maar nam wel alle kosten voor haar reke ning. Vermoedelijk had de uitwisseling de afde ling Vlissingen ook de nodige verpleegarti- kelen gekost, want op 23 juni 1915 werd toestemming verleend voor de aanschaf van urinalen, ondersteken e.d. tot een be drag van 483,00. Een ander aspect was de toekenning van een onderscheiding aan de heer De Meester, directeur van de Stoomvaart Maatschappij Zeeland, die zich verdienste lijk had gemaakt bij het vervoer van de in valide krijgsgevangenen. Het hoofdbestuur van het Rode Kruis vergaderde daarover op Den Spiegel

Tijdschriftenbank Zeeland

Den Spiegel | 2001 | | pagina 10