De derde verdieping, waarvan het midden gedeelte aan de voorkant in de Korintische stijl, is de zolderverdieping met een groot aantal fraaie dakkapellen. Hierna komen we via de doorgaande, in totaal 116 treden tellende, natuurstenen wenteltrap op een, met lood bedekt, dakterras. 'Van hier is een vermakelijk gesicht te ge nieten, niet alleen over de gansche stadt, maar over een stuk Zeelandt. Men siet hier het eiland van den Goes, de reede met de scheepen op 't vlacke voor Rammenkens, en het landt van Philippine, met aan de an dere kandt tot in den Deurlo en andere zee gaten'. Tot zover het relaas uit het manuscript wat zeer waarschijnlijk in 1754 ook is voltooid. Tussen dit tijdstip en de verwoesting in 1809 zijn er in het interieur nog wel enkele veranderingen aangebracht. Zo zijn de drie grote geschilderde beelden van Pallas, ach ter de Vierschaar, in het jaar 1772 ver plaatst naar de drie ramen van de Burge meesterskamer aan de voorzijde. Dit ter gelegenheid van de festiviteiten rondom het 200-jarige bevrijdingsfeest. In de Vierschaar zijn toen drie nieuwe afbeeldingen aange bracht. Ook werd in die periode de 'oude Secreta rie' omgevormd tot 'Schepenkamer' waar voor waarschijnlijk eenzelfde ruimte is ge creëerd als op de verdieping daarboven. En op die verdieping zijn de wapens en an der krijgsmateriaal uit de 'Wapenzaal' over gebracht naar de Krijgsraadkamer waarbij ook de naam van deze ruimte werd gewij zigd in 'Houtenzaal'. Van de Houtenzaal kwam men in de 'Politiekamer', waar de Pensionaris en de Minister van den Raad hun 'comptoir' had den en waar alle belangrijke documenten, privilegiën, ordonnanties etc. werden be waard. De 'Rhetoriekamer' werd in 1762 omge vormd tot bibliotheek omdat Willem Barent Lambrechtsen zijn omvangrijke kostbare verzameling boeken, bij wijze van legaat, aan de Stad had geschonken. Aan het exterieur zijn in die ongeveer vijftig jaar nadat J.J. Brasser zijn beschrijving op papier had gezet, niet veel wijzigingen aan gebracht, hoewel in 1797, op het bordes, het wapen van de Prins van Oranje wegge kapt is en enige maanden later ook het wa pen van de Prins op de vierde verdieping, hetgeen ongetwijfeld zijn oorzaak vond in de legering van de Franse troepen. Wat betreft de tekeningen en gravures die in de loop van een 400 jaar van de voorge vel zijn gemaakt, zijn ook wel enkele merk waardigheden te vermelden. Zo ontbreekt op de tekening met als titel 'Domus Senatoria Vlissingensis' het bordes, hetgeen er op zou kunnen duiden dat het Stadhuis in den 'beginne' geen bordes had, wat ook bij het stadhuis van Antwerpen het geval was. Ook laat een andere tekenaar aan weerszijden van het uitstekende front gedeelte een zestal 'kruisramen' zien, wat ongetwijfeld een 'vertekening' is. Wat betreft de verschillende bouwstijlen la ten de kunstenaars ook hier en daar een 'steek' vallen. Waar de ene op de eerste verdieping de Dorische bouworde weer geeft is op een andere prent, op diezelfde verdieping, de Ionische bouworde gete kend, waaruit de conclusie kan worden ge trokken dat niet elke (historische) prent de juiste weergave hoeft te zijn. 1 'Arduinsteen' werd en wordt in grote hoeveelheden in België gevonden waardoor de transportkosten re latief gering waren. Het is een koralenkalksteen en nu meestal hard steen of, enigszins verwarrend 'petit graniet', ge noemd. April 2001 21

Tijdschriftenbank Zeeland

Den Spiegel | 2001 | | pagina 23