De geschiedenis van 750 jaar Vier Ambachten in vogelvlucht A. M. J. de Kraker Inleiding In 1992 zal het precies 750 geleden zijn dat de Vier Ambachten een gemeenschappelijke keur hebben gekregen. Deze keur is voor de vier van groot belang geweest. Dit rechts document legde de basis voor de rechtspraak, het bestuur en de organisatie van de waterstaat in het middeleeuwse Oostelijk Zeeuws- Vlaanderen met aangrenzend Belgisch gebied. Tevens zal het in 1992 ca. 500 jaar geleden zijn dat de eerste aanzetten gegeven zijn tot de aanleg van de lange zeedijk tussen Boekhoute en Terneuzen. Deze dijk heet nu Graaf Jansdijk, maar werd tijdens de eerste anderhalve eeuw van zijn bestaan met naam Landdijk aangeduid. Tenslotte zullen in 1992 de landsgrenzen binnen de Europese Gemeenschap wegvallen. Daarmee verdwijnt ook de Belgisch- Nederlandse landsgrens, een grens die het historische woongebied van de Vier Ambachten voor meer dan vier eeuwen lang in tweeën heeft gedeeld. Reden genoeg aandacht te besteden aan de 'hereniging' van de Vier Ambachten en daarbij tegelijkertijd terug te blikken op de gemeen schappelijke historie van dit gebied. De geschiedenis van de Vier Ambachten is eigenlijk de geschiedenis van een belangrijk stuk Vlaamse geschiedenis, namelijk die van het noordoostelijk gedeelte van dit gewest. Nu zijn er wellicht weinig gebieden waarover zoveel is geschreven dan over de geschiedenis van Vlaanderen. We zullen in dit artikel de hoofdlijnen van de geschiedenis van de Vier Ambachten beschrijven. Tevens plaatsen we een aantal van de aspecten van zijn historie in een wat algemener kader. Hopelijk wordt daardoor ook de historische context waarbinnen de jubilea geplaatst worden duidelijker. Dit overzicht begint met de vraag, hoe het gebied er rond 1242 heeft uitgezien. Dit noemen we het historisch- geografisch kader. In grote lijnen gaan we daarin de veranderingen en ontwikkelingen na. Vervolgens kijken we waar de mensen in de Vier Ambachten van hebben geleefd. Welke waren hun middelen van bestaan? Daarbij kijken we ook even wat voor soort mensen er in het gebied hebben gewoond. In een derde gedeelte vertellen we hoe de Vier Ambachten werden bestuurd en welke belangrijke gebeurtenisen daarin sedert 1242 hebben plaatsgevonden. Daarbij zullen we ook aandacht besteden op de gebeurtenissen, die tijdens de zestiende eeuw geleid hebben tot het uiteen vallen van de Vier Ambachten. De Vier Ambachten: een polder- en moergebied Het woongebied van de Vier Ambachten was vóór 1242 sterk uitgebreid door vele bedijkingen. Heel wat schor- gebieden waren door verschillende instellingen en particulieren met dijken drooggelegd. Onder de bedijkers bevonden zich overwegend grote abdijen, zoals die van Sint-Pieters en Sint-Baafs te Gent, maar ook de kloosters van Boudelo en Ter Duinen en het Kapittel van Kortrijk om er maar enkele te noemen. Daarnaast hebben eveneens vele particulieren samen met de vorst grote gedeelten van de uit gestrekte schorgebieden bedijkt. De landaanwinst vond vooral in het noorden van de Vier Ambachten plaats. Daar ontstonden de poldergebieden, waar eertijds schapen graasden, waardoor tegelijkertijd de Honte tot een kleiner stroomgebied werd terug gedrongen. Tijdens de dertiende eeuw was de Honte in feite niets meer of minder dan een bescheiden riviertje, aan wiens rechter oever de polder gebieden zich verder noordwaarts uitstrekten. In de polders lag een vruchtbare kleibodem die men uit stekend kon bebouwen. In het zuiden van de Vier Ambachten lagen de moergebieden. Gebieden met dikke veenlagen aan de oppervlakte of net daaronder. De moeren bevatten veel turf en strekten zich ongelijkmatig verspreid uit vanaf het westen naar het oosten. Zij vormden de zuidelijke begrenzing van de Vier Ambachten en liepen hier en daar nog verder naar het zuiden door tot in het Land van Waas en Beveren. In deze grote moercomplexen liepen vele kleinere vaarten en stroompjes veelal in zuidelijke richting. Vanuit de twee steden Axel en Hulst liepen twee waterwegen in noordelijke richting. Axel was met de Axelse Vaart, die tussen Overslag en Terneuzen liep met de Honte verbonden. Hulst stond via de Hulsterhaven in open verbinding met de Honte. Op de bekende Dampierre-kaart krijgen we een beeld hoe de Vier Ambachten er tijdens de dertiende eeuw moeten hebben uitgezien. De Vier Ambachten ca. 1300, fragment van de "Dampierre-kaart" (bron: Rijksarchief Gent, Kaarten en Plans) 60

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1992 | | pagina 22